Peru - maandag 26 oktober 1998
We staan wéér (redelijk) vroeg op. We vertrekken nu naar het station van Cusco. Vandaag gaan we de hele dag in de trein zitten, naar Puno.
Een mooie route: dwars door de Andesbergen. Steeds wisselende landschappen, al is het grotendeels geel grasland. Overal zie je dorpjes en mensen die op het land werken. Soms stoppen we letterlijk bij een holle boom.
In de trein wordt volop gehandeld, in werkelijk alles: eten en drinken, fotorolletjes, sigaretten en vooral heel veel textiel. Wollen sokken, mutsen, handschoenen en heel veel truien. Ik koop er een voor 20 soles (ongeveer 6,75)
Femke geeft me een pilletje tegen wagenziekte. Wat schudt die trein!! Onderweg vermaken we ons best. Spelen wat kaartspellen, we leren de niet-Nederlanders in de groep het spel pesten . Blijkt dus wel dat het in België met andere regels wordt gespeeld...
We stappen uit in Juliaca, een klein stadje ten noorden van Puno. Het is duidelijk een arm stadje, maar wel gezellig. De trein stopt midden op de markt. Op straat is het weer eens een puinhoop.
We stappen hier uit, omdat we dan volgens Patricia 1,5 uur besparen. Vanuit Juliaca is het met een busje maar 20 minuten rijden naar Puno.
Onze groep is tijdelijk uitgebreid met een Australiër, een Schot, en Engelsman en twee vrouwen waarvan ik niet weet waar ze vandaan komen. Het is bij Tucan Travel gebruikelijk om af en toe groepen te combineren op routes die overlappen. Dit groepje maakt dus een reis van een week van Lima, via Cusco naar Bolivia. Ze zijn alemaal een stuk ouder dan wij en hebben hele andere interesses. We trekken wel sociaal met ze op, maar vinden het verder maar een vaag groepje.
Ik slaap voor de gelegenheid bij de Australiër op de kamer. Hij is wel aardig. Wel grappig, hij is TV-verkoper, ik TV-journalist. Zo helpen we elkaar...
In een restaurantje krijgen we 's avonds uitleg over onze trip naar het Titicaca-meer en het eiland Taquile, morgen.