Peru - zaterdag 24 oktober 1998
Wéér vroeg op. Vandaag komen we langs een aantal Inca-monumenten, waar we als eersten willen zijn.
Ik heb gisteren tegen een aantal mensen gezegd dat ik teleurgesteld was dat de snellen zo weinig de langzamen helpen. Het lijkt erop alsof die boodschap wel is overgekomen. Iedereen wacht nu op elkaar, helpt elkaar, wijst elkaar op wiebelende losse stenen enzovoort.
De monumenten die we bezoeken, hebben diverse functies: militair, huis voor een Inca-koning, gastenverblijf, enzovoort. Freddy kan het allemaal goed uitelggen.
Langzaam komen we over meer en meer 'echte' stukken van de Inca Trail. We begrijpen dat sommige stukken zijn nagebouwd, omdat lang niet overal meer kon worden vastgesteld hoe de route gelopen heeft. Lang niet alles wat de Inca's maakten, heeft de tijd dus doorstaan.
We lopen nog steeds tussen de wolken, maar dat blijft een geweldige ervaring.
Langzaam verschijnt een Inca-monument, in de vorm van een soort amfitheater. Het is opgebouwd uit landbouwterrassen. Vlak bij dat monument is al onze derde campsite.
We moeten wel nog een enorm eind afdalen. Er komt geen eind aan! Elisabeth wordt er een beetje zeurderig van.
Deze campsite is een echte camping, met restaurant en warme douche. Daar waren we echt aan toe. Onze porters maken een diner dat we in het gebouw opeten. Na het eten gaan we naar de Inca-ruïne naast de camping. Als je er rondloopt is het nog veel groter dan het van een afstand leek!
Een eindje verderop is een waterval. Daarvan wordt al sinds de tijd van de Spanjaarden gezegd dat als je er onder gaat staan, je eeuwig jong blijft. Diederick durft het als eerste, Ronald valt er bijna te pletter.
Diederick en Dawn gaan samen slapen. Died wist al dat ik er geen problemen mee zou hebben. Dawn sliep de laatste nachten steeds bij Elisabeth in de tent, en zij vindt het ook goed om te ruilen. Ik slaap nu dus bij haar (maar wij hebben niets met elkaar).